De tijd vliegt voorbij als een tierelier en je moet al Usain Bolt heten om haar bij te benen. Gisteren zat ik nog gezellig mijn knikkerbuit te tellen na een alweer lucratieve werkdag op de speelplaats. Vandaag moet ik me in zeventien bochten tegelijk wringen om te overleven in de digitale wildernis.
Een boze droom
Dat van die knikkers is overigens een metafoor. Was ik maar mijn knikkers aan het tellen. Dan lag Be Here Now van Oasis net in de platenbak van de Free Record Shop – dan was er überhaupt zelfs nog sprake van een Free Record Shop, begon er zo meteen een nieuwe aflevering van Xena: Warrior Princess op tv en kreeg ik een glas water en een aai over mijn bol van mijn lieve moeder met de geruststellende woorden dat dit hele volwassen leven maar een boze droom was.
Back to reality. Daarnet vond ik een mailtje van Microsoft in mijn inbox. De onheilspellende subject line – marketeerslang voor het heel wat minder fancy ‘onderwerptitel’ – joeg me terstond de daver op het lijf. ‘Op 8 april 2014 stopt de technische ondersteuning van Windows XP.’ Mijn god. 8 april al. Nog maar enkele weken alvorens hackers aller landen als de wiedeweerga mijn geliefkoosde desktop binnendringen!
Mijn maag kromp samen. Angstzweet spoot met hele geisers uit elke porie van mijn iets te goed doorvoede lijf. De laatste keer dat ik me in zo’n benarde situatie bevond, was toen de HR-consulente van Test-Aankoop enkele weken geleden out of the blue tijdens het sollicitatiegesprek naar Frans overschakelde. Die avond schreef ik in mijn, met stickers van Captain America, Freddy Maertens, Frank Turner, Pretty Whores en andere punkrock coryfeeën beplakte, dagboek: ‘nooit meer lichtvoetig voor tweetalige functies solliciteren’ & ‘praten met een Jean Reno-accent genereert geen gunstig hefboomeffect.’
Terug naar die Windows XP. The powers that be van Microsoft hebben dus besloten er de stekker uit te halen. Wat nu geblazen? Hoe beveilig ik mijn onvoltooide toekomstige bestsellers?
Ik heb het natuurlijk over de kladversies van de pikzwarte graphic novel Beanical Man, de ontroerende Bildungsroman De jongens uit de Van Hulthem Straat, The Isle of Man’s niet-geautoriseerde bandbiografie Telecasters & Tequila, het kookboek Lekker vegetarisch koken voor schrale batsers – het begin van een hegemonie in de non-fictie boekentoptien die zelfs Pascal Naessens’ palmares doet verbleken, het kinderboek Opa ik wil ook een snor – een keihard verhaal over aanvaarding, het kleinkind in kwestie betreft immers een meisje, mijn muzikale memoires getiteld 10 shitbands waar ik totaal uit de maat baste, het sciencefiction werk Hoe ik eindelijk een cent overhield aan Café Rouleur, enkele filmscenario’s die ik strikt geheim houd – tenzij ik me met een koude Duvel voor mijn neus in een of ander Aalsters café bevind en een toevallige passant de pech heeft dat het klokje voorbij de 12 p.m. gepasseerd is en ik begin te lullen zonder dat er ooit maar een einde lijkt aan te komen, en ten slotte ook nog een stuk of 1.568 gedichten waarvan, alle werkijver en Weltschmerz ten spijt, maar een achttal echt het lezen waard zijn.
Het antwoord is heel simpel. Door voor een prikje (lees: een rib uit het lijf, want denk maar niet dat deze ouwe knar van een pc compatibel is met deze hightechsoftware) over te stappen op Windows 8.1. Versie 8.1. al godbetert! Die zelfbewuste robots zitten niet stil! Kennelijk heeft Microsoft afgelopen decennium besturingssystemen zitten uitpoepen aan een snelheid waarmee hipsters van muziekgenre wisselen.
Cyroslaap
Hoe kon ik dit toch gemist hebben? Lag ik al die tijd in een cryoslaap? Was ik zo naïef, denkend dat Windows XP tot het bittere einde der tijden aan mijn zijde zou staan – iets wat ik 12 kilo geleden ook nog van mijn metabolisme dacht? Het moet wel. Ik heb dan ook een oude ziel. ‘En de eetlust van Jabba the Hut’, zou mijn missus hier liefkozend aan toevoegen. Mocht ik niet zo afhankelijk zijn van het internet, ik schreef op een Remington typemachine.
Echter, als ik het extreemlinkse krantenjournaille in Vlaanderen zo een beetje mag geloven, dachten wel 599.999 gelijkgestemde zielen er ook zo over. En met die hartverwarmende gemeenschapsgedachte houd ik me opnieuw een dag staande alvorens de smartphonezombies me naar hun ondergrondse kampen slepen.